Ziekte van Legg-Calve-Perthes

Legg-Calve-Perthes (LCP) is een tijdelijke aandoening van de heup bij kinderen waarbij de bloedvoorziening van de heup wordt gestoord met vervorming van de heupkop tot gevolg. Er zal tijdens de genezing een nieuwe bloedtoevoer ontstaan naar de heup en de dode cellen zullen vervangen worden door nieuwe botvormende cellen. Na het genezingsproces kan de heup soms een afwijkende vorm hebben wat tot stijfheid kan leiden en tot vervroegde artrose klachten.

De ziekte verloopt in vier fasen:

  1. NECROSE: de bloedtoevoer naar de heupkop is onderbroken en het gewricht wordt ontstoken en pijnlijk en stijf. Sommige delen van de heupkop zullen afsterven en de heupkop verliest zijn normale ronde vorm. Deze fase kan één jaar duren.
  2. FRAGMENTATIE (fig. 1): Het dood bot wordt door het lichaam afgebroken en vervangen met nieuwe botvormende cellen die voor de nieuwe botvorming zullen zorgen. De heupkop kan nu remodelleren en opnieuw een rondere vorm aannemen. Deze fase kan van één tot drie jaren duren.
  3. REOSSIFICATIE (fig. 2): De heupkop blijft verder nieuw bot vormen en steviger worden. Deze fase kan tot drie jaren duren.
  4. REMODELLERING: Normaal bot wordt gevormd door de nieuwe botvormende cellen en de heupkop krijgt weer een normale stevigheid, al dan niet met een overblijvende vervorming. Deze fase kan een aantal jaren duren

WAT IS DE OORZAAK VAN LCP

De oorzaak is niet gekend. Het treft ongeveer 1 op 1.200 kinderen aan en komt vier maal meer voor bij jongens. Verschillende factoren gecombineerd spelen een rol (bloedstolling, trauma, erfelijkheid,…). LCP treft dikwijls het eerstgeboren kind en komt voor tussen de leeftijd van 3 tot 12 jaar. Meestal is slechts één heup aangetast.

WAT ZIJN DE KLACHTEN?

Typisch klaagt het kind van heuppijn die toeneemt bij activiteiten, maar soms voelen ze ook pijn in de knieën of de liesregio. Meestal mankt het kind (waggelende gang) en gaat het beter na rusten.

DIAGNOSE

Het verhaal van de patiënt en het klinisch onderzoek zijn belangrijk. Bijkomende onderzoeken kunnen zijn: röntgenfoto’s, botscintigrafie (een scanner waarbij eerst een product wordt ingespoten dat zich in het bot vastzet), MRI, bloedafname

BEHANDELING

De leeftijd en de uitgebreidheid van de aandoening spelen een rol. Algemeen wordt aanvaard dat de prognose bij jongere kinderen veel beter is. De behandeling bestaat vooral uit het vermijden van grote vervorming van de heupkop tijdens de beginfase van de aandoening. Hiervoor is het belangrijk dat de heup blijft bewegen zonder ze te veel te belasten. Het kind moet rusten en zware fysieke activiteiten vermijden. Een pijnstiller kan helpen tijdens de acute fasen. Bij hevige pijn kan het kind soms enkele dagen in tractie gelegd worden in het ziekenhuis (met een gewicht wordt er aan het been getrokken om de heup te ontlasten. Soms is een heelkundige ingreep noodzakelijk om de heupkop in het gewricht te houden.

EVOLUTIE OP LANGE TERMIJN

Hoe sneller de diagnose gesteld wordt en hoe jonger het kind, hoe beter het resultaat zal zijn. Op latere leeftijd zijn deze kinderen gevoeliger voor artrose van de heup.

Voorbeeld van een afgeplatte femurkop na het genezingsproces

 

Specialisme

Kinderorthopedie

Sommige aandoeningen komen alleen voor bij kinderen en niet bij volwassenen. Kinderen groeien immers en kunnen hierdoor problemen ondervinden aan…

Volledige info