Wiegendood
De dienst pediatrie beschikt over een erkende eenheid voor diagnose van wiegendood. Zo nodig kan er een slaaponderzoek (polysomnografie) gebeuren. Een van de ouders kan uiteraard bij het kind blijven slapen.
Mogelijke redenen voor een slaaponderzoek kunnen zijn:
• Prematuriteit
• Dysmaturiteit
• Extreme bleekheid tijdens slaap
• Overmatig zweten en snurken
De onkosten van het onderzoek worden deels terugbetaald door het RIZIV. De onkosten van de monitor zijn niet terugbetaalbaar. Voor aanvragen voor een polysomnografisch onderzoek kan u terecht bij een geneesheer-pediater verbonden aan het ziekenhuis.
Team
Veel gestelde vragen
-
Kan ik wiegendood voorkomen?
Wiegendood is de benaming voor het onverwacht overlijden van een kind jonger dan een jaar zonder dat er, zelfs na zeer uitgebreid onderzoek, een verklaring wordt gevonden. Het komt in Vlaanderen jaarlijks voor bij ongeveer 2 op 10.000 baby’s.
Aangezien we niet weten wat de precieze oorzaak is, beschikken we nog steeds niet over een sluitende bescherming. Uit onderzoek en ervaring uit het verleden kennen we wel verschillende maatregelen die ervoor gezorgd hebben dat wiegendood veel minder voorkomt dan vroeger. Enkele belangrijke aandachtspunten:
- Een veilige slaaphouding
- leg uw baby te slapen op de rug. Een baby kan zo beter zijn temperatuur regelen én deze houding verhoogt het risico op verslikking of verstikking niet (ook niet bij gastro-oesofagale reflux).
- Baker uw baby niet te stevig in. Inbakeren vormt geen verhoogd risico als uw baby op de rug wordt gelegd tot 2 maand, nadien legt u hem best in een slaapzakje. Wanneer uw baby aanstalten maakt om te beginnen rollen, mag u hem/haar niet meer inbakeren.
- Respecteer zoveel mogelijk het slaapritme van uw baby.
- Een veilige slaapomgeving
- leg u baby op een stevige matras (en stop het laken vast), zodat de baby niet wegzinkt, zonder hoofdkussen of ander beddengoed, dekentjes, omranders of zachte voorwerpen die tot klemming of verstikking kunnen leiden.
- Het is aan te raden om uw baby bij u in de slaapkamer te laten slapen, maar niet bij u in bed. Dit minstens tot de leeftijd van zes maanden.
- Een veilige kamertemperatuur
- zorg ervoor dat uw kind niet te koud of te warm heeft om te slapen. De eerste 8 weken is de ideale kamertemperatuur tussen de 18 en 20°C, daarna is dit 18°C. Het vrij blijven van het hoofd en zeker van het gezicht, speelt een zeer belangrijke rol bij het in stand houden van een normale lichaamstemperatuur.
- Een rookvrije omgeving: waar de baby slaapt, wordt zeker niet gerookt. Ook niet als de baby er even niet is. We raden u aan uw huis volledig rookvrij te houden voor de gezondheid van alle bewoners. Verlucht dagelijks de ruimte waar een baby slaapt.
- Borstvoeding beschermt tegen wiegendood, net als het gebruik van een fopspeen.
- Leg uw baby op wakkere momenten en onder toezicht vaak op de buik om vervorming van het achterhoofd te beperken en om de psychomotore ontwikkeling te stimuleren.
- Thuismonitoring is geen zinvol middel om het risico op wiegendood te verlagen.
Bepaalde baby’s hebben een verhoogd risico op minder stabiele ademhaling en bloedsomloop. Bijvoorbeeld als zij een bepaalde afwijkingen hebben aan de luchtwegen, omdat hun ontwikkeling gestoord is. Bij hen kunnen we een slaaponderzoek organiseren om te zien of er inderdaad sprake is van instabiliteit.
- Een veilige slaaphouding